Instellingen

Scherminstellingen configureren


U kunt de instellingen voor de schermweergave wijzigen, zoals schermhelderheid en verhouding.
Opmerking
Afhankelijk van het model van uw voertuig of de specificaties zijn de beschikbare opties mogelijk verschillend.
1
  • Op het scherm Alle menu's drukt u op Instellingen > Scherm.
  1. Het scherm Scherm instellingen verschijnt.
2
  • Selecteer een optie om te wijzigen.

Helderheid

U kunt de helderheid van het systeem zo instellen dat deze wordt aangepast aan de omgevingslichtomstandigheden of u kunt het scherm zo instellen dat het helder of gedimd blijft.

Automatisch

U kunt de helderheid van het systeem aanpassen aan de omstandigheden van het omgevingslicht. Druk op om de helderheid voor de dag- of nachtmodus in te stellen.

Handmatig

U kunt het scherm zo instellen dat het helder of gedimd blijft.

Screensaver

U kunt een schermbeveiligingsoptie kiezen nadat u uw scherm hebt uitgeschakeld.

Analoge klok

Hiermee geeft u de analoge klok weer.

Digitale klok

Hiermee geeft u de digitale klok weer.

Geen

Hiermee wordt geen schermbeveiliging weergegeven.

Houd achteruitrijcamera ingeschakeld (indien aanwezig)

U kunt instellen dat achteruitkijkscherm actief blijft zelfs wanneer u naar een andere positie dan de positie 'R' (Reverse, achteruit) gaat.
Opmerking
Wanneer u naar 'P' (Park, parkeren) gaat of met een vooraf bepaalde snelheid of sneller rijdt, wordt het achteruitkijkscherm uitgeschakeld en geeft het systeem automatisch het vorige scherm weer.