Opmerking De voorbeeldschermen kunnen afwijken van het werkelijke systeemscherm. |
Opmerking De omgevingsmonitor wordt alleen in de volgende omstandigheden geactiveerd:
|
Pictogram | Beschrijving |
Het vooraanzicht en de omgeving weergeven. | |
Controleer het brede vooraanzicht. | |
Het vooraanzicht en het aanzicht linksvoor weergeven. | |
Het vooraanzicht en het aanzicht rechtsvoor weergeven. | |
Het achteraanzicht weergeven tijdens het rijden. Op het scherm verschijnt . (indien aanwezig) | |
De instellingen van het omgevingsscherm wijzigen. |
Opmerking Als u naar 'P' (Park, parkeren) schakelt, werkt de omgevingsmonitor niet. |
Pictogram | Beschrijving |
Het achteraanzicht en de omgeving weergeven. | |
Bekijk het brede achteraanzicht. | |
Het achteraanzicht en het aanzicht linksachter weergeven. | |
Het achteraanzicht en het aanzicht rechtsachter weergeven. | |
Het achteraanzicht van boven weergeven (indien aanwezig). | |
De instellingen van het omgevingsscherm wijzigen. |
Opmerking Wanneer u achteruit rijdt, is het pictogram voor toegang tot het achteraanzicht tijdens het rijden niet beschikbaar. |