Het spraakherkenningssysteem gebruiken
Wat is spraakherkenning?
Spraakherkenningstechnologie voert het gevraagde commando uit door uw spraakcommando te herkennen om te helpen bij het bedienen van de media terwijl u de auto bestuurt.
Helaas worden niet alle mogelijke gesproken commando's herkend door het systeem vanwege technologische beperkingen.
Om deze beperkingen goed te maken, toont het systeem de gesproken commando's die u kunt gebruiken.
Communicatie tussen mensen kan fout worden geïnterpreteerd.
Op dezelfde manier interpreteert spraakherkenning uw gesproken commando in sommige gevallen niet juist.
Controleer, als dit gebeurt, ofwel het scherm voor de beschikbare opties en zeg het commando nogmaals of selecteer handmatig de knop voor het overeenkomstige commando op het scherm en druk er op.
Functies voor spraakherkenning per taal
De beschikbaarheid van ondersteuning voor spraakherkenning varieert, afhankelijk van de taal die voor het systeem is ingesteld.
Controleer de huidige taalinstelling voordat u de spraakherkenning gebruikt.
- Als u de voor het systeem ingestelde taal verandert in Slovaaks of Koreaans of Hongaars, zal spraakherkenning niet worden ondersteund. Verander de systeemtaal in een andere taal.
Spraakcommando's voor bediening
Omstandigheden voor het gebruik van het spraakcommandosysteem
De meeste functies kunnen door de stem bediend worden.
Volg de onderstaande instructies voor optimale prestaties met spraakherkenning.
- Houd het stil in de auto door alle ramen en het zonnedak te sluiten om de prestaties van spraakherkenning te verbeteren.
- Druk op de knop voor spraakherkenning en zeg het gewenste commando na de pieptoon.
- De microfoon bevindt zich boven de bestuurder. Spraakcommando's moeten worden uitgesproken door de bestuurder in de juiste toon.
- Spreek het commando natuurlijk en duidelijk uit zoals tijdens een normaal gesprek.
- Er wordt voor spraakherkenning geen rekening gehouden met speciale symbolen in namen in het telefoonboek.
Bijv.) James-Smith : "James Smith"
- Een huisnummer of cijfers in de naam in het telefoonboek moeten discreet worden uitgesproken.
Vb.) S1234: “Zuid één twee drie vier”
- Afhankelijk van de specificaties worden sommige commando's niet ondersteund.
Spraakherkenning starten
- Druk op de spraakherkenningsknop op de afstandsbediening op het stuur.
- Spreek het gewenste spraakcommando uit na de pieptoon.
,Opmerking |
|
Berichten met meldingen overslaan
- Druk tijdens het afspelen van een melding op de spraakherkenningsknop op de afstandsbediening op het stuur.
- De melding wordt onmiddellijk gestopt en er volgt een pieptoon. .
- Zeg het spraakcommando na de pieptoon.
Spraakherkenning beëindigen
- Druk, terwijl spraakherkenning actief is, op de spraakherkenningsknop op de afstandsbediening op het stuur of zeg "Sluiten".
- Wanneer u spraakherkenning gebruikt, zal het drukken op een andere knop, behalve de afstandsbediening op het stuurwiel of een andere knop op de hoofdunit spraakherkenning beëindigen.
Het volume van spraakherkenning aanpassen.
Tijdens gebruik van het spraakherkenningssysteem, kan het volume worden aangepast met de volumeknop op de hoofdunit of de volumeknop op de afstandsbediening op het stuur.
Lijst met spraakherkenningscommando's
Commando's van spraakherkenning worden geclassificeerd als 'Algemene commando's' en 'Lokale commando's'.
- Wereldwijde commando's (●): Commando's die onmiddellijk gebruikt kunnen worden na het activeren van spraakherkenning.
- Plaatselijke commando's (□): Commando's die gebruikt kunnen worden in specifieke modi van multimedia/navigatie/Bluetooth.
,Opmerking |
Sommige commando's zullen alleen juist werken wanneer een USB, iPod, Bluetooth of ander apparaat verbonden is. |
Basiscommando's
Commando |
Bediening |
|
● |
Help |
Gaat naar het helpscherm van de spraakherkenning. Alle beschikbare commando’s kunnen dan geïdentificeerd en gebruikt worden. |
□ |
Ja/Nee |
Wanneer spraakherkenning actief is, wordt dit commando gebruikt wanneer een antwoord gevraagd wordt voor een bevestigingsvraag. |
□ |
Lijn 1-4 (Een-Vier) |
Wanneer u een bepaalde naam niet kunt selecteren, zoals een naam in de oproepgeschiedenis, kunt u die selecteren door het lijnnummer te gebruiken. Eenvoudige nummers, zoals “een” en “twee” kunnen worden herkend. |
□ |
Volgende/Vorige |
Wanneer vijf of meer gezochte items worden weergegeven, kunt u naar de vorige of volgende pagina gaan met behulp van een spraakcommando. |
□ |
Handmatige invoer |
Wanneer zoekresultaten voor bellen of bestemming worden weergegeven, wordt dit commando gebruikt om handmatig te zoeken in plaats van te zoeken met behulp van een spraakcommando. Spraakherkenning stopt nadat dit commando gebruikt is. |
□ |
Ga terug |
Gaat terug naar het vorige scherm |
● |
Sluiten |
Beëindigt de spraakherkenning. |
Radiocommando's
Commando |
Bediening |
|
● |
RADIO |
Het schakelt zenders tussen zenders die recent werden beluistert in FM en AM. |
● |
DAB/FM |
Speelt DAB-/FM-radio. |
● |
AM |
Speelt AM-radio. |
● |
DAB-/FM-lijst |
Geeft de lijst met DAB-/FM-zenders weer. |
● |
AM-lijst |
Geeft de lijst met AM-zenders weer. |
● |
Speel <Radio Station> on de radio |
U kan de onmiddellijk afstemmen op de zender door de naam van de gewenste radiozender uit te spreken. |
Telefooncommando's
- Spraakcommando’s met betrekking tot telefoongesprekken kunnen worden gebruikt na het verbinden van het Bluetooth-telefoonapparaat.
- Om een persoon te bellen, moet u eerst de contactpersonen in de mobiele telefoon downloaden.
- Er kunnen tot 5000 contacten in een mobiele telefoon worden gedownload.
- Na het downloaden van de contacten in de Bluetooth-telefoon, zal het even duren om de telefooncontacten om te zetten in spraakgegevens, tijdens deze handeling kunt u nog geen oproepen plaatsen via de naam.
- De tijd dat het duurt om spraakgegevens om te zetten, kan variëren afhankelijk van het aantal contacten dat werd gedownload.
Commando |
Bediening |
|
● |
Bellen |
Contacten die van de mobiele telefoon werden gedownload, worden op het scherm weergegeven en daarna kunt u het contact bellen door de naam uit te spreken. |
● |
Bel <Naam> |
U kunt direct bellen naar (naam) in de contacten van de mobiele telefoon die werden gedownload. Bijv.) "Bel John Smith" |
● |
Bel <Naam> op de mobiele telefoon |
U kunt direct bellen naar (naam) in de contacten die van de mobiele telefoon werden gedownload en opgeslagen zijn als ‘mobiel nummer’. Bijv.) “Bel John Smit op mobiel nummer” |
● |
Bel <Naam> op het werk |
U kunt direct bellen naar (naam) in de contacten die van de mobiele telefoon werden gedownload en opgeslagen zijn als ‘kantoor’. "Bel John Smith op het werk" |
● |
Bel <Naam > thuis |
U kunt direct bellen naar (naam) in de contacten die van de mobiele telefoon werden gedownload en opgeslagen zijn als ‘thuis’. Bijv.) "Bel John Smith thuis:" |
● |
Bel <Naam> op andere locatie |
U kunt direct bellen naar (naam) in de contacten die van de mobiele telefoon werden gedownload en opgeslagen zijn als een andere telefooncategorie, naast 'mobiel nummer, thuis, kantoor’. Bijv.) "Bel John Smith op andere locatie" |
● |
Bel nummer |
Geeft een scherm weer waar u een telefoonnummer kunt zeggen om naar te bellen. |
● |
Bel <Telefoon #> |
U kunt een nummer bellen door het nummer dat u wilt bellen direct uit te spreken. Bijv.) Bel 123-456-7890: "Bel een twee drie vier vijf zes zeven acht negen nul" |
● |
Bluetooth-apparaat wijzigen |
Dit kan de verbinding met het huidig verbonden Bluetooth-apparaat verbreken en verbinding maken met andere Bluetooth-apparaten die al aangesloten zijn. |
Navigatiecommando's
Controleer het volgende voordat u navigatiecommando's gebruikt:
- Zoek naar en vind adressen in de staat of provincie waarin uw auto zich momenteel bevindt.
- Als u in een andere staat wilt zoeken, zeg dan de naam van de staat/provincie en zeg dan het adres.
- Het commando "Zoek adres" is geclassificeerd op staat/provincie om u een snellere service te kunnen verlenen.
- Sommige commando's zoals "Route annuleren" zijn alleen beschikbaar wanneer de bestemming ingesteld staat.
Commando |
Bediening |
|
● |
Kaart |
Gaat naar de actuele positie op de navigatiekaart. |
● |
Voorgaande bestemmingen |
Toont een lijst van recente bestemmingen waarnaar u kunt terugkeren door het nummer op de lijst uit te spreken. |
● |
Verkeersinformatie |
Gaat naar het scherm voor het menu Verkeersinformatie. |
● |
Ga naar Thuis |
Stel uw thuis in als de bestemming. |
● |
Ga naar kantoor |
Stel uw kantoor/werkplek in als bestemming. |
● |
Spraakbegeleiding aan |
Schakelt het systeem voor spraakbegeleiding in. |
● |
Spraakbegeleiding uit |
Schakelt het systeem voor spraakbegeleiding uit. |
● |
Stop navigatie |
Stopt de route naar de vaste bestemming. |
● |
Begeleiding hervatten |
Hervat de routebegeleiding naar de vaste bestemming. |
● |
Resterende tijd en afstand |
Vertelt u de resterende afstand en tijd tot uw bestemming. |
● |
Route-opties |
Geeft route opties weer. Wijzigt route opties. |
● |
Overzicht van de route |
Geeft een kaartoverzicht van de volledige route naar uw bestemming. |
● |
Wijzig Thuis |
Verandert de locatie voor thuis. |
● |
Wijzig Kantoor |
Verandert de locatie voor kantoor. |
● |
Favoriete bestemmingen |
Geeft een lijst met favoriete bestemmingen weer. |
● |
Eerder gezochte punten |
Geeft een lijst weer met eerder gezochte punten. |